De Belgische Opening

Auteur: Frank van der Velpen

Vol enthousiasme verstuurde Chessbase een e-mail over het Meadow Hay gambiet.

Met de beginzet 1.a4 volgen er vele gambieten, de een nog spectaculairder dan de ander.

Maar het pronkstuk is toch wel: 1.a4 e5 2.Ta3!? dat ook door Magnus Carlsen is gespeeld in een blitzpartij: Het ‘Ware gambiet’ of ook wel ‘Meadow Hay gambiet’ genoemd.

Nu wil ik niet meteen de pret bederven, maar zo’n 50 jaar geleden had ik een ontmoeting met de Belg Pol van Daele die al met 1.a4 de Belgische opening had geclaimd. Gelukkig heeft mijn verhaal een eervolle vermelding gekregen bij de verhalen wedstrijd van schaakbulletin, waardoor unaniem de echtheid van het nu volgende verhaal is aangetoond.

Bedenk bij het lezen van het nu volgend verhaal dat het zo’n 50 jaar geleden is opgeschreven.

Pol van Daele en De Belgische Opening

Uit het Belgische plaatsje Geest ontvingen wij een brief waarin de aandacht werd gevraagd van het plaatselijke schaakgenie Pol van Daele. Het schrijven maakte ons zeer nieuwsgierig en wij konden het dan ook niet laten om een lid van de redactie naar deze schaker te sturen.

Hetgeen deze man (‘Polleke’ in de dorpsmond genoemd) te vertellen heeft is een ware openbaring voor de schaaksport.

Na een lange reis door het Vlaandre Land kwam ik aan in het Belgische plaatsje Geest, hetgeen gekenmerkt werd door zijn kroeg en kerk, maar het meest kenmerkende van het plaatsje is zijn bekendste inwoner: Pol van Daele. Nadat ik het kroegje was binnen gegaan en gevraagd had naar de schaker waren er twee mensen bereid om me de weg naar het huis van het genie te begeleiden. Onderwijl vertelden ze vol lof verhalen over de man. Hoe hij op meesterlijke wijze de partij tegen Julien van Cool had gewonnen. En dan die partij tegen Boudewijn Ceulemans, ja die konden ze zich nog goed herinneren. Een grandioze partij, waar nu nog over gesproken wordt in het dorp. Ook een mooie partij was de remise tegen Sjefke de Boer, ofschoon het nog steeds een wonder genoemd mag worden dat Sjefke nog remise kon maken in zo’n stelling.

Ik luisterde aandachtig en het uiteindelijke resultaat was dat bij mij de vraag rees: Waarom is dit genie nog onbekend op internationaal niveau? Ach, ik zal het aan de man zelf kunnen vragen, dus dat probleem wordt alweer snel opgelost.

Uiteindelijk kwamen we bij het huis van het genie aan en toch wel zenuwachtig belde ik aan. Nadat mijn twee begeleiders mij hadden gegroet en mijn fooi in ontvangst hadden genomen, deed een oude vrouw de deur open. Ik vertelde haar mijn naam en tevens vroeg ik of ‘Polleke’ thuis was. ‘U treft het’ was haar antwoord, ‘hij is net terug van het rooien.’

Ik trad binnen en nadat ik haar mijn jas had aangegeven ging ik de voorkamer binnen. Daar zat hij dan: een wat kalige, kleine man met een ziekenfondsbrilletje op de wat gekromde neus. De bril kon niet van zijn kromme neus glijden, omdat de twee houders achter zijn flaporen bleven haken. Op het uiterlijk mag je niet afgaan dacht ik en nadat ik mijn naam had verteld en de toedracht van mijn komst aan de man bekend had gemaakt ging ik vol verwachting zitten. Ik zette mijn cassetterecorder aan want ik wilde geen woord missen van wat deze man uit te brengen had. Mijn eerste vraag was natuurlijk: ‘Hoe komt het, dat wij uw naam niet tegenkomen op internationaal niveau?’

De man keek wat triest uit de ogen en na enig nadenken zei hij: ‘Tja, dat is vrij simpel, het schaakspel levert geen geld op. En als ik aan een toernooi wil meedoen, wie melkt dan de koeien, rooit de aardappelen en doet het andere werk op het land? ‘

Daar kon ik weinig tegenin brengen, al was ik wel van plan een antwoord op dit probleem te vinden. ‘Oke’, zei ik en nu verzocht ik de man iets over hemzelf te vertellen. Deze vraag deed de man opbloeien, want direct na mijn vraagstelling pakte hij het schaakbord en zei: ‘Ik heb een eigen opening ontwikkeld en ik noem het de Belgische Opening.’ ‘Maar alles is toch al gedaan betreffende de openingen in het schaakspel’ merkte ik op en vol verwachting wachtte ik op zijn antwoord. ‘Had je gedacht manneke.’ Heb jij wel eens eerder van de opening 1.a2-a4 gehoord’ zei hij. Natuurlijk niet, merkte ik direct op.

‘Natuurlijk niet, waarom natuurlijk niet? Omdat ge de Belgische opening nog niet kent, want de kenmerkende zet van die opening is 1.a2-a4!.’

Verbaasd keek ik de man aan en dacht: ben ik daarvoor nu helemaal hier naartoe gekomen. En ik zei: ‘Daar heb ik nooit eerder aan gedacht.’

‘Juist, nou ik wel’, zei hij kort en krachtig. ‘Ik zal je de Boudewijn-variant laten zien. Die variant heb ik vernoemd naar onze koning’ en zwaar geconcentreerd deed hij zijn zetten:

1.a4 Pf6 2.d4 Pd5? 3.e4 ! en zwart is in moeilijkheden. ‘Maar er is voor zwart een betere 2e zet’ 1.a4 Pf6 2.d4 d6 3.Pf3 b6 4.Pbd2 Pbd7 5.e4! e5 6.Lb5 Lb7 7.dxe4 Pxe4 8.0-0 en zwart is in moeilijkheden.

Ik wou er iets tegen inbrengen, maar hij deelde me reeds mede dat hij nu de sterke Ceulemans-variant zou laten zien: 1.a4 c5 2.e4 d6 3.Pf3 Pf6 4.Pc3 Pc6 5.d4 cxd4 6.Pxd4 a6!

En wit staat iets beter. ‘Maar dit is een variant uit het Siciliaans’, merkte ik op. Hij had er geen oren naar, want hij zou me nu de van Oekel-variant laten zien. 1.a4 Pf6 2.d4 e6 het beste antwoord op de tweede zet volgens Pol. 3.Pf3 c5 4.c4 a6 5.d5 exd5 6.cxd5 d6 7.Pc3 g6 8.e4 Lg7 9.Le2 0-0 10.0-0 en wit staat beter. ‘Maar dit is een variant van de moderne Ben-Oni’ merkte ik op. Hij keek me aan met een norse blik. ‘Hier is dan de Goethals-variant’ ging hij rustig verder: 1.a4 Pf6 2.d4 d6 3.Pc3 g6 4.e4 Lg7 5.Pf3 0-0 6.Le2 c6 7.0-0 Pbd7 en wit staat beter.

Ik stond in tweestrijd om op te merken dat dit een variant van de Pirc-verdediging is. Toch kon ik mezelf niet stoppen en zei: ‘Maar dit is een variant uit de Pirc.’

Nu keek hij me recht in de ogen aan en na een moment stilte zei hij ‘Kijk, meneer uit Nederland. Jullie denken altijd dat jullie het beter weten. Nu kunnen jullie misschien wel beter voetballen, maar dat wil nog niet zeggen dat jullie ook meer verstand van schaken hebben. Na 30 zetten lijkt het misschien op een Siciliaan. Het gaat om de eerste zet en die is 1.a4. En als ik vanuit die eerste zet in een variant van een andere opening kom die beter voor wit staat dan is dat het gevolg van mijn eerste zet.’ Nadat hij me dit op hardhorige wijze had medegedeeld zei hij: ‘Een opening is geen opening als er geen gambiet bij te pas komt. Hier is het Kunne-gambiet.’ ‘Is Ronald Kunne ook al bekend in Geest?’ reageerde ik verbaasd. De man keek me aan ‘Jazeker, deze jongen was op vakantie en zoals een ieder weet kan de jongen het schaken niet laten. Toen hij hoorde dat er een genie in Geest woonde, die goed kon schaken, kwam hij direct naar me toe en vroeg of ik een partij tegen hem wilde spelen.’ Natuurlijk’, zei ik en ik opende met mijn Belgische opening en ziet hoe het verder ging. Wit: Pol van Daele en Zwart: Ronald Kunne 1a4 b5!? Het Kunne tegengambiet. 2.axb5 c5 3.bxc6 Pxc6 4.d4 d5 5.Pf3 a5 6.e3 Lf5 7.Lb5 Db6 8.Pc3 Pf6 9.Pe5 Tc8! een fraai kwaliteitsoffer 10.Pxc6 Txc6 11.Lxc6 Dxc6 12.Txa5 e5 13.Df3? en klein schoonheidsfoutje 13…Le4 14.Pxe4 dxe4 15.Te5+ Le7 16.Dg3 en zwart gaf op. ‘Te vroeg volgens mij, want zwart had toch wel compensatie. Maar de jongen hield aan en vroeg om revanche en die kon ik natuurlijk niet weigeren.’ En zo kwam onze 2e partij waarbij ik weer wit had, merkte Pol op. 1.a4 Pa6 2.d4 c5 3.Pf3 e6 4.Pc3 cxd4 5.Pxd4 Df6 6.g3 Lc5 7.Pf3 en de partij eindigde in remise en dat zat Polleke nog steeds niet lekker.

‘Mag ik U uitnodigen om een partij te spelen tegen mijn opening?’ vroeg Polleke aan mij. Ik kon en wilde deze uitnodiging niet afslaan en zo gebeurde dit historische moment.

Na 1.a4 e5 ging de hand van Polleke zweven boven de toren op a1. Wist hij toen al dat 2.Ta3?! een ijzersterk vervolg was ? Het moet wel en 50 jaar geleden dacht ik dat men in België hevig aan het zoeken was naar een verbetering in de Belgische opening na mijn overwinning bij deze partij, maar 2.Ta3 wist hij al en wilde hij niet laten zien. Hij liet me de partij ook winnen om me te laten geloven dat 1.a4 niet goed was. Hij wilde de zet Ta3 bewaren voor een belangrijke partij. Ik heb me in slaap laten sussen en nu, 50 jaar later zijn mijn ogen geopend.

Misschien moet ik uit eerbetoon aan Polleke de Belgische opening toch op mijn repertoire zetten.

2024-05-22 Frank van der Velpen

1 thought on “De Belgische Opening”

Leave a Comment