N1 speelt gelijk tegen ‘t Saense Paard

Op basis van de impressies van Frank over de wedstrijd een eerste verslag, met enkele aanvullingen mijnerzijds. Mogelijk komen er nog bijdragen die op een later moment ingevoegd zullen worden.

FvdV: Een rondgang langs de borden leverde de volgende indruk op.

Dennis, op bord 2, speelde tegen de sterke Chris de Saegher en de dames verdwenen al snel van het bord. Al snel verdwenen alle stukken van het bord en was een remise overeengekomen. Een nette prestatie van Dennis.

Zelf was ik ook snel klaar met een remise op bord 1. Ik had mijn proza over de wedstrijd Purmerend – ‘t Saense Paard, onder de titel ‘Weddenschap verloren’, al in mijn hoofd voordat de wedstrijd gespeeld werd. Het gerucht ging dat Manuel Bosboom, volgens betrouwbare bron op donderdag nog op het vliegtuig gestapt na het toernooi in Portugal, mee zou doen voor ‘t Saense Paard en ik was gevraagd als invaller voor Pieter op bord.1 Dan zou ik het in mijn verslag weer hebben over mijn eerste ontmoeting met Manuel Bosboom, tijden terug bij een snelschaakkampioenschap. Dat ik het voor de 6e keer aan zou halen is u uiteindelijk bespaard gebleven.
Bosboom kwam uiteindelijk niet en op hun bord 1 zat ook een invaller: Frank Tijdeman. Bert-Jan had een weddenschap uitgeschreven waarbij je in kon zetten of Bosboom wel of niet mee zou doen. Ik zette in op wel meedoen. De weddenschap heb ik verloren en Rob Hählen ging er met de prijs, een consumptiebon, vandoor.
Mijn tegenstander opende Pf3 en een rustige opening kwam op het bord. Toen de partij het dynamische middenspel in ging bood hij remise aan in een iets betere stelling voor wit en ik ging akkoord. Na de partij merkte hij op dat hij al tijden om 6:00 uur opstaat voor zijn werk en dan is ’s avonds schaken toch wel lastig.
Toen ik nog jong was, was ik niet zo gesteld op dergelijke excuses. Meestal zei een eerste teamspeler dit als je niet van ze verloren had en ik vond dat ze daarmee mijn prestatie ‘neerhaalden’. Tegenwoordig weet ik dat het lastig schaken is als je heel vroeg moet opstaan op een werkdag, dus vind ik het best.
En jeugd van Purmerend: als ik van jullie verlies en dat zal heus gebeuren, dan zal ik dit argument nooit gebruiken.

Op bord 3 had Rob vS met zwart voor een onorthodoxe verdediging gekozen, die een beetje zeer aan mijn ogen deed. Rob schrijft daarover:

Helaas niet veel meer dan droefenis te melden over mijn partij.
Ik speelde tegen de jonge Sem Visser en werd na een e4-e5 opening geconfronteerd met het toch niet meer vaak gespeelde Koningsgambiet. Dat had ik voor het laatst een jaar of 10 geleden tegen Luc Preeker gespeeld. Die had het destijds in zijn repertoire had. Ik antwoordde met een tegengambiet maar had de varianten niet helemaal scherp in het geheugen. Ik greep dan ook al snel mis en kwam een pion achter te staan zonder een spoor van compensatie. Mijn tegenstander hield mij in het vervolg met knap spel in een wurggreep totdat ik uiteindelijk door ernstig zuurstofgebrek moest opgeven.

Anton Bakels speelde op bord 4 tegen iemand met een stuk lagere rating, maar dan moet je toch nog wel zien te winnen en dat deed hij.

Bord 5 Rob Hählen met zwart tegen Hans Galjé. Een voor mij bekende naam uit het verleden. Heeft volgens mij erg hoog gespeeld en Rob had het moeilijk, maar daar kan hij zelf beter iets over zeggen.
Mijn (rh) commentaar: In mijn partij tegen Hans Galjé, ook voor mij een bekende naam uit vroeger tijden, week hij al snel af van de gangbare theorie, met de achterliggende gedachte dat ik de opening beter zou kennen dan hij. Een jaar of tien geleden zou ik hem daar zonder meer gelijk in hebben gegeven. Nu misschien ook nog wel, maar werkt het geheugen niet meer zo goed mee. Wellicht geldt dat ook voor hem, vandaar zijn keus om snel af te wijken.
Met een minuscuul voordeel kom ik uit de opening en speel mijn loper op de 17e zet naar d7 in plaats van naar b7. Een ernstige fout, gevolgd door een onnauwkeurigheid op zet 21. Wit kan een loper offeren op h6 en is het uit. Ik dacht nog een tussenzet te hebben, maar was alweer vergeten dat wit de dame naar g6 speelt met schaak.

Sanne Visser op bord 6 speelt tot nu toe een goed seizoen en liet dat ook deze wedstrijd zien.
Mijn (rh) indruk van de laatste minuten van de partij: In een eindspel met dames en ongelijke lopers stond Sanne een pion voor. In wederzijdse tijdnood gaf zijn tegenstander pardoes de dame weg en was Sanne verlost van het eindeloze uitmanoeuvreren naar de winst, technisch nog een lastige klus, leek me.
Het verslag van Sanne zelf:
Mijn tegenstander speelde iets waar ik het bestaan wel van af wist, maar nooit echt had bekeken. Ik probeer de stelling dan ook snel in rustiger vaarwater te krijgen. Hij overziet een tactisch motief en ik win een pion in het middelspel. Maar veel waard blijkt dat kleine ding niet. In het verre middenspel overspeel ik hem en met nog een minuut of vijf ieder op de klok kom ik gewonnen te staan. Hij verdedigt taai en ik mis her en der wat. Met uiteindelijk allebei een minuutje op de klok weet ik de veilige thuishaven te bereiken. Ik had geen idee wat Max en Oleksandr gedaan hadden dus was ik blij verrast dat ik de 4-4 mocht aantekenen.

De staart deed het overigens in haar totaliteit erg goed. Op de borden van Max (bord 7) en Oleksandr (bord 8) verscheen het populaire h4 en h5. Tegenwoordig speelt men bij bijna elke opening wel snel h4 of h5. Ik zag een blitz partij van Carlsen die h5 antwoordde op 1.Pf3. Ik heb dat overigens niet overwogen in mijn eigen partij. De Robben verloren uiteindelijk hun partij, maar Anton en Sanne trokken de schade recht en Max en Oleksandr speelden netjes remise met een nette 4-4 als eindstand.

2025-11-17
Frank van der Velpen / Rob Hählen

Plaats een reactie